Site icon PlaySense

Review: The Sinking City


Review: The Sinking City – Eeuwenoude ruïnes bedekt met onaards slijm. Reusachtige creaturen met glibberige tentakels, waarvan het zicht alleen al je geest richting waanzin drijft. En een wereld waarin de mensheid steevast niets voorstelt; zo nietig als één onbeduidende pixel in het alomvattende iMAX scherm van een perverse godheid. Het moet – letterlijk en figuurlijk – hel geweest zijn in het hoofd van H.P. Lovecraft, ’s werelds meest gekopieerde horrorschrijver uit de vorige eeuw. Een eeuw later vallen de vingerafdrukken van de man echter nog steeds te bewonderen in zowat alle vormen van entertainment die onze maatschappij rijk is. The Sinking City is zo’n door Lovecraft geïnspireerde game. Even kijken of deze de moeite waard is.

Oakmont, de zinkende stad

Charles Reed is een geplaagde privé-detective met een – jawel – duister verleden. In de Eerste Wereldoorlog diende hij aan boord van het oorlogsschip USS Cyclops, dat onder mysterieuze omstandigheden de diepere regionen van de oceaan opzocht. Inmiddels zijn de jaren twintig aangebroken, kreunt Amerika onder de drooglegging en heeft een verontrustend aantal burgers last van vreemde visioenen die hen naar Oakmont, Massachusetts leiden. Zo ook Reed, die een deal gesloten heeft met een lokale weldoener en eveneens in Oakmont belandt, met als doel zijn sinistere dromen tot op de bodem uit te pluizen. Zodra Reed echter voet zet in de titulaire stad, blijkt al snel dat er meer aan de hand is dan collectieve schizofrenie.

Oakmont zinkt langzaam weg in de wateren van de Atlantische Oceaan en wordt bijgevolg overspoeld door een nare ziekte die mensen in slijmerige viswezens verandert, alsook een plaag van monsters die de lokale bevolking ‘Wylebeasts’ gedoopt heeft. Om het zaakje nog erger te maken, woedt er tevens een hardnekkige vete tussen bepaalde bevolkingsgroepen in de stad. Vertrouwen is ver te zoeken; verraad loert om elke hoek. Aan jou om deze woelige wateren te navigeren en ervoor te zorgen dat Reed geen ceremonieel mes in zijn rug krijgt. Het resultaat is een intrigerend staaltje Lovecraft-horror – immer beklijvend en regelmatig bizar, zonder ooit té ver buiten de lijntjes te kleuren. Wij waren alvast helemaal mee.

Sherlock Reed

Ontwikkelaar Frogwares kennen we vooral van de – degelijke, doch nooit echt bijzondere – Sherlock Holmes games. Daarom zal het ook niemand verbazen dat de studio als een volleerde schoenmaker bij zijn leest blijft. Als Reed krijg je een hoop zaken voorgeschoteld die jij onder de loep mag nemen. Niet elke verhaallijn is even interessant – enkele zijmissies lijken daarvoor nét iets te hard op verzamelqueesten – maar meestal krijgen de moorden, diefstallen of ontvoeringen die je voor je kiezen krijgt vroeg of laat een bovennatuurlijke wending, wat The Sinking City van een eigen identiteit voorziet. De creep factor ligt redelijk hoog, of je nu met verdwenen expedities te maken krijgt of een onheilspellende spiegelwereld.

Het detectivewerk is meteen ook dé troefkaart van The Sinking City. Reed heeft een aantal trucs tot zijn beschikking, die hem in staat stellen om tot in het kleinste detail te achterhalen wat er precies gebeurd is op een plaats delict. Het doet bij momenten denken aan een houterige versie van wat de Batman Arkham games deden, doch zonder de spektakelwaarde die je daarin terugvond. Detectivezicht? Check. De mogelijkheid om een kijkje in het verleden te nemen? Dubbel check. Langzaam maar zeker verzamel je voldoende aanwijzingen om het juiste verloop van een misdaad bij elkaar te puzzelen. Hierbij is het best knap dat Frogwares deze onderzoeken van nét genoeg uitdaging voorziet. Jouw input is wel degelijk belangrijk.

Niet bij het handje

Even bewonderenswaardig is het feit dat Frogwares resoluut weigert om de speler bij het handje te houden. Je kan Reeds vaardigheden bijvoorbeeld opwaarderen via een ouderwetse skilltree en je hebt de mogelijkheid om voorraden in elkaar te knutselen, maar als we zelf niet op verkenning gegaan waren in het menu, waren we daar nooit achter gekomen. Ook uniek is het ontbreken van een mini-map of wegwijzer mechaniek. Waar je in de meeste openwereldgames over icoontjes en pijltjes struikelt dat het een lieve lust is, moet je hier wel degelijk je eigen route plannen met behulp van een kaart. Dit geeft The Sinking City een niet te onderschatten gevoel van authenticiteit mee, al heeft het systeem ook zo zijn nadelen.

Oakmont is een gigantische stad, die volledig aan je voeten ligt. Je verplaatst je via de benenwagen of een krakkemikkige sloep en merkt zo al snel dat de open wereld hier eigenlijk gewoon te groot is. Straten onderscheiden zich zelden van elkaar en dezelfde karaktermodellen keren vaak terug nog voor er een minuut voorbij is. Of hoe Frogwares blijkbaar niet door heeft dat kwaliteit nog altijd boven kwantiteit hoort te gaan. Om een zaak op te lossen, moet je regelmatig dezelfde archieven raadplegen en die liggen dikwijls in verschillende uithoeken van de stad. Heen en weer reizen is dus de boodschap en zelfs strategisch geplaatste fast-travel punten kunnen niet verhullen dat de lengte van de game hier nogal artificieel gerekt wordt.

Proppenschieter

Hoe interessant het detectivewerk ook is, zodra Frogwares besluit om confrontatie boven dreiging te plaatsen, gaat het faliekant de verkeerde kant uit. Reed mag geregeld de wapens opnemen tegen de eerder genoemde Wylebeasts, die je nog het best kan omschrijven als een bont allegaartje Lovecraft clichés. Op deze momenten probeert The Sinking City zich het keurslijf van een third-person shooter aan te meten, met even lachwekkende als frustrerende resultaten. Reed blijkt plots motorisch gehandicapt te zijn, deftig mikken is haast onmogelijk en je revolver heeft evenveel impact als een proppenschieter. Zelfs binnen een genre waarin ongemakkelijke besturingsschema’s de norm zijn weet dit spel zich negatief te onderscheiden.

Atmosferisch, maar…

The Sinking City is op zijn sterkste momenten – onder andere tijdens een onverhoopte trip in een duikpak naar de bodem van de oceaan – bijzonder atmosferisch en wist ons op audiovlak regelmatig de kriebels te bezorgen. Het geluid van Wylebeasts die uit het niets tevoorschijn glibberen bezorgt ons zelfs nu nog kippenvel. Verder is de game op technisch vlak niet meteen een wonderkind. Wie op zoek gaat naar detail in Oakmont, komt van een ontnuchterende kale reis terug. Bovendien zakt de framerate af en toe onder het vriespunt en hebben we nog nooit zo veel pop-up meegemaakt. Ook leuk: wanneer je het loodje legt, durft de game al eens te onthouden hoeveel kogels je verschoten hebt, terwijl vijanden wél respawnen. Héérlijk toch?