Kwantiteit boven kwaliteit… het is een reële dreiging in de gamesindustrie. Titels worden groter en groter, duren langer en langer om te vervolledigen (en al helemaal voor perfectionisten), en verliezen zo soms de focus die van een veelbelovende game een absolute klassieker maakt. Gelukkig verschijnen er af en toe ook nog kleinere projecten.

Dying Light: The Beast bijvoorbeeld, een game die ooit als DLC voor Dying Light 2 de wereld in gestuurd zou worden, maar inmiddels een titel op zichzelf geworden is – weliswaar een kleinere, in dezelfde categorie als pakweg Spider-Man: Miles Morales of Assassin’s Creed: Mirage. Ideaal voor oudere gamers, die iets minder tijd hebben om in hun hobby te steken.

“I understand that for many players there is a [fascination] about the number of hours the game offers. But then as players get older, as the world around us gets more and more intense, and as we have lots of things that steal our attention, if you have a game that you have to play for 50 to 100 hours to complete, it’s really difficult to find time for that, right?”

Het bovenstaande citaat komt van Dying Light franchise director Tymon Smektala, die stelt dat er wel degelijk een publiek is voor een kortere, meer gefocuste ervaring. In een interview met GamesIndustry gaat de man nog verder. Hij laat optekenen dat er toekomst zit in kleinere projecten, ook omdat het financieel aantrekkelijker kan zijn voor studio’s.

“From the developer perspective, some of the problems that the industry faces right now is that games get bigger and bigger. They have bigger budgets, they take more time to produce. You have 500 people working on a game for five years, and in the end it might actually not be that successful.”

“So for developers I think there’s also some kind of an allure in spending less time, less money, less people on creating something that players will like. It gives you those shorter development cycles, and also the ability to try different things.”