Afgelopen juli was Take-Two Interactive – het moederbedrijf van 2K Games en Rockstar – één van de eerste bedrijven die aankondigde dat ze de prijzen voor next-gen games zouden gaan verhogen. Als voorbeeld namen zij de PlayStation 5 versie van NBA 2K21 (van uitgever 2K Games), die een adviesprijs van €74,99 meekrijgt.

In gesprek met Protocol verdedigt Take-Two CEO Strauss Zelnick nu die beslissing. Hij wijst met name op het feit dat productiekosten van videogames in de afgelopen vijftien jaar met 200 tot 300% gestegen zijn, zonder dat er een prijsverhoging is geweest voor de consument. Met andere woorden: men levert een relatief grotere game tegen dezelfde prijs dan tien jaar geleden het geval was:

“The bottom line is that we haven’t seen a front-line price increase for nearly 15 years, and production costs have gone up 200 to 300%. More to the point – since no one really cares what your production costs are – what consumers are able to do with the product has completely changed. We deliver a much, much bigger game for $60 or $70 than we delivered for $60 10 years ago.”

Zelnick geeft hierbij aan dat die extra kosten middels microtransacties en post-launch content op te vangen zijn. Hij benadrukt echter dat ze nog steeds complete games willen afleveren, waarbij extra uitgaven compleet optioneel zijn:

“The opportunity to spend money online is completely optional, and it’s not a free-to-play title. It’s a complete, incredibly robust experience even if you never spend another penny after your initial purchase.”

Ergens heeft meneer Zelnick natuurlijk wel een punt: studio’s steken tegenwoordig veel meer tijd en geld in het ontwikkelen van een game dan ze vroeger deden. Daar staat echter wel tegenover dat de afzetmarkt heden ten dage ook vele malen groter is, videogames zijn immers in de afgelopen jaren flink qua populariteit gestegen.

Wat denken jullie, is de verhoogde prijs voor PS5-games terecht?