Special | Death Stranding: Director’s Cut – Death Stranding geldt misschien wel als één van de meest polariserende titels van de vorige generatie. Geestelijk vader Hideo Kojima schoof met zijn trailers niet onder stoelen of banken dat dit zijn meest gedurfde game tot nog toe zou worden en hij wist ons tot de release van de game te boeien zonder echt duidelijk te maken wat nou precies de bedoeling was. Dat deerde de game echter niet, want Death Stranding bleek in ieder geval op commercieel gebied een onvervalst succes. Kojima en co. zag daarom de kans schoon om het nog eens dunnetjes over te doen in de vorm van Death Stranding: Director’s Cut, inclusief een aantal toffe addities.

Een nieuw Amerika

In de basis is Death Stranding nog steeds dezelfde game die in 2019 is verschenen: je speelt als Sam Porter Bridges (Norman Reedus), die de taak heeft gekregen om een gefragmenteerd Amerika weer samen te brengen. Een reeks supernatuurlijke evenementen die te boek staan als de ‘Death Stranding’ hebben namelijk de wereld overgenomen, waardoor de mensheid tot op de rand van uitsterven is gebracht en spectrale wezens – ‘B.T.’s’ – nu de lakens uitdelen. De overgebleven mensen zijn ondergedoken in enorme bunkers en mettertijd van elkaar vervreemd. De weinige lui die nog bovengronds komen zijn koeriers (of: ‘porters’) die allerlei pakketjes van hot naar her brengen. Als je meer wilt weten over de basisgame Death Stranding, kun je hier onze oorspronkelijke review lezen.

Net zoals in 2019 staat de game nog steeds als een huis. Je bent ongeveer 40-50 uur zoet met het krankzinnige verhaal, waarna er nog meer dan genoeg orders zijn die je in barre omstandigheden op de juiste plek moet afleveren. Het is een melancholische, unieke reis en bijna twee jaar na de release is er echt niks verschenen wat ook maar een beetje op Death Stranding lijkt. Met deze Director’s Cut zijn er geen grote brokken verhaal toegevoegd, maar houdt Kojima het juist heel klein. Na een paar korte uurtjes kun je namelijk aan de slag met een reeks sidequests in de Ruined Factory. Deze sidequests onthullen meer over de mysterieuze fabriek en ze grijpen meteen terug naar een stijl waar Kojima heel erg bekend mee is: stealth!

De missies zelf zijn kort, maar krachtig en ze breken tevens de cadans op van het heen-en-weer brengen van pakketjes, omdat je in deze missies ouderwets moet sneaken. Naarmate de game verloopt, krijg je van Die-Hardman het verzoek om steeds dieper in de fabriek te duiken en het mysterie te ontrafelen. Er zijn geen wereldschokkende openbaringen, maar wel vermakelijke zijpaden als je het hoofdverhaal even laat liggen. Tevens zijn de Half-Life: Alyx en Cyberpunk 2077 gerelateerde content – die eerder exclusief was voor de pc – inbegrepen bij de Director’s Cut. Deze content brengt een aantal missies met zich mee, maar ook nieuwe hologrammen, kledij en voertuigen.

Mooier dan ooit

Op de PlayStation 4 (Pro) wist Death Stranding ons al van onze sokken te blazen door de prachtige visuals, en de Japanse studio heeft voor deze uitgave de extra kracht van de PlayStation 5 benut om de fantastische landschappen nóg mooier te maken. Er zijn in Death Stranding: Director’s Cut twee grafische modi én een speciaal foefje beschikbaar. We beginnen met de Performance modus, die een rendering resolutie heeft van 1800p en geupscaled wordt naar 4K. Qua performance doet het de naam eer aan, want dat is over de gehele game een superstrakke 60 frames per seconde. De Quality modus opteert om de resolutie op te schroeven naar een native 4K resolutie met een target framerate van 60fps. Hier wordt lang niet altijd dat doel behaald, maar de extra scherpte kan dat compromis de moeite waard maken.

Ten slotte is er nog een speciale Ultrawide modus. Deze optie kun je aanzetten op zowel de Performance en Quality-modi en zorgt ervoor dat er boven en onder aan het scherm zwarte balken verschijnen, tevens is de zogeheten ‘field of view’ groter, waardoor je meer van Sams omgevingen kunt zien. Dit moet voor een meer filmische ervaring zorgen. Ten slotte zijn de watereffecten verbeterd, hebben een aantal texturen wat meer detail gekregen is de ‘level of detail’ verhoogd, wat ervoor zorgt dat je meer zaken in de verte kunt zien. Hoewel de hogere framerate een verademing is ten opzichte van de originele game, zijn de verdere aanpassingen niet significant. Dat is overigens geen kritiek, maar juist een compliment aan de waanzinnige schoonheid die Kojima Productions uit de Decima engine heeft weten te persen.

De grootste verbeteringen zitten hem juist in de dingen waar je niet zo snel aan denkt. Waar Death Stranding op de PlayStation 4 al gauw een minuut bezig was met het laden van een nieuwe map, duurt dat op de PlayStation 5 luttele seconden. Erg fijn als je naar een andere omgeving wilt transporteren om daar een aantal orders op te pikken. Ook zijn een aantal features van de DualSense meegepikt. Zoals we wel eens in andere games hebben gezien, vibreert de DualSense op basis van hoe hard je loopt of de ondergrond waarop je je bevindt. BB’s gebrabbel (en gehuil tijdens de spannende momenten) komt daarnaast levendig uit de witte controller. De tofste toevoeging is echter die van de adaptieve triggers. Als je Sams rug volgooit met pakketjes, moet je goed opletten dat je de balans bewaart, eer hij omvalt en je cargo schade oploopt. Afhankelijk van hoeveel Sam aan z’n lichaam heeft hangen, bieden de triggers meer weerstand om die balans in stand te houden. Het is een kleine aanpassing, maar wel eentje die je net wat meer betrokken houdt bij het spel.

Keep on keeping on!

Naast de eerdergenoemde toevoegingen heeft Kojima Productions de tijd genomen om zich wat meer van de geinige kant te laten zien. Zodra je de materialen hebt vergaard (en op het juiste punt in de game zit) kun je namelijk een heus racecircuit bouwen, waar je tegen andere porters kunt racen om de beste tijd neer te zetten. Net zo geinig is de Firing Range, een speciaal gebied waar je naar hartenlust je wapens kunt uittesten, maar er zijn ook talloze trials om je vaardigheden aan te scherpen. Ook hier dachten we terug aan Kojima’s verleden, want deze trials kennen toch wel erg veel gelijkenissen met de VR missions van Metal Gear Solid. Daarnaast zijn er nog wat zaken toegevoegd die het proces van het afleveren van pakketjes moet vergemakkelijken, zonder afbreuk te doen aan de originele ervaring.

Zo is er bijvoorbeeld de Cargo Catapult: een enorm geschut wat je kunt gebruiken om je pakketjes in een korte tijd een enorme afstand af te laten leggen. Net zo geinig is de Buddy Bot, een handig apparaatje die je vol kunt gooien met ladingen kisten en je overal heen volgt. Je kunt er zelfs opspringen en je trouwe maatje al het harde werk laten doen. Of wat dacht je van een enorme schans die je kunt gebruiken om jezelf te lanceren over enorme gevaarlijke vlaktes? Ten slotte is het mogelijk om reeds gespeelde baasgevechten opnieuw te tackelen en het is mogelijk om wegen te bouwen over hoge bergen. Zoals gezegd zijn dit kleine verbeteringen die je op momenten het leven als een porter wat draaglijker maken, maar zeker niks wegnemen van de uitdaging.

Conclusie

Death Stranding: Director’s Cut is zonder meer de definitieve manier om deze knettergekke game te beleven. Mocht het oorspronkelijke concept je niet aanstaan, dan gaat de Director’s Cut daar geen verandering in brengen. De toevoegingen zijn verspreid over verschillende facetten, zoals meer grafische opties, nieuwe missies, kledij, voertuigen en een aantal manieren om je veredelde koeriersleven te vergemakkelijken. Dat klinkt op papier misschien wat summier, maar mocht je upgraden van een PlayStation 4-versie van de game, dan is die prijs net zo summier: een tientje. Voor de nieuwkomers is het wat lastiger om te zeggen, want in de kern is en blijft Death Stranding een game die verdeeldheid zaait (ironisch genoeg). Naar onze mening is Death Stranding een game die je een keer beleefd moet hebben, en daar blijven we bij.